Er zijn oplichters aan het werk die via valse mails en telefoons proberen je gegevens te achterhalen en te misbruiken.
Lees onze tips en laat je niet misleiden door phishing.

Bloed geven

Op deze pagina

Bloed geven of krijgen

Wanneer jij bloed geeft, worden jouw rode bloedcellen gegeven aan patiënten die aan bloedarmoede lijden of die ernstige bloedingen hebben, bijvoorbeeld bij ongevallen, een moeilijke bevalling of operaties. Er is veel kans dat je ooit in je leven bloed nodig hebt van iemand anders. Daarom is het belangrijk dat voldoende mensen af en toe bloed geven. Door 1 keer bloed te geven, kan je tot 3 mensen helpen. Aan wie je met jouw bloedgroep bloed kan geven en of jouw bloedgroep nodig is, ontdek je hier.

Sommige mensen gaan regelmatig bloed geven. Dat zijn bloeddonoren. Slechts 3 % van de Vlamingen is donor en er zijn elk jaar maar liefst 40.000 nieuwe bloeddonoren nodig. Want er worden altijd mensen ziek of te oud, waardoor ze geen bloed meer mogen geven. 

Plasma geven of krijgen

Naast bloed, kan je ook (bloed)plasma geven. Ongeveer 55 % van je bloed is plasma, het is een waterrijke gele vloeistof die tijdens de afname met een mini-centrifuge van de bloedcellen afgescheiden wordt.

Met een plasmadonatie help je patiënten die ern­stige stollingsstoornissen hebben door groot bloedverlies of door bloedziekten, of pasgeboren baby’s met ernstige geelzucht … Je plasma kan ook gebruikt worden bij het aanmaken medicatie.

Plasma doneren kost een uurtje van je tijd. Het voordeel: van plasma geven herstel je sneller dan van een bloeddonatie. Je kan het om de 14 dagen doen.

Wie mag bloed of plasma geven?

Om bloed te mogen doneren moet je minimum 18 jaar zijn en minimum 50 kg wegen. Voor elke donatie moet je een medische vragenlijst invullen en is er een medische keuring bij een arts of gezondheidswerker. Wanneer je lijdt aan sommige specifieke aandoeningen (aids, hepatitis B, C, syfilis, hemofilie ...) mag je nooit bloed doneren. Bij koorts of ziekte door een virale of bacteriële infectie moet je na het verdwijnen van je symptomen en na het einde van je behandeling (volledige genezing) 2 weken wachten voordat je mag doneren.

Twijfel je of jij bloed of plasma mag geven? Doorloop de online donorzelftest dan weet je meteen of je voldoet aan de belangrijkste criteria om bloed of plasma te mogen geven.

Hoe en waar?

Rode Kruis-Vlaanderen doet de inzameling van bloed in ons land. Je kan je online registreren als nieuwe donor op de website van het Rode Kruis. Daar vind je alle informatie. 

Ben jij een hogeschool- of universiteitsstudent? Dan is het interessant om het project Bloedserieus te bekijken.

Wat is bloed?

Bloed is een dikke, rode vloeistof die doorheen ons hele lichaam vloeit. Het speelt een belangrijke rol bij het verplaatsen van voedingsstoffen, hormonen, zuurstof en antilichamen doorheen je hele lijf.

Waaruit bestaat bloed?

In bloed zitten verschillende onderdelen:

Rode bloedlichaampjesWitte bloedlichaampjesPlasmaBloedplaatjes
Ze zijn rood omdat ze hemoglobine bevatten. Dat is een vorm van ijzer waarmee zuurstof en koolzuur zich verbinden. Zo brengen ze zuurstof naar alle delen van je lichaam en voeren ze de afvalstof koolzuur weg. Door hun rode tint heeft ons bloed ook een rode kleur.Deze bloedlichaampjes vechten tegen allerlei ziektekiemen die ons lichaam binnendringen. We hebben er veel minder van dan van de rode bloedlichaampjes. Er bestaan verschillende soorten, die allemaal hun eigen taken hebben.Plasma bestaat bijna helemaal uit water, maar met allerlei stoffen erin. Denk maar aan vitamines, mineralen, hormonen en voedingsstoffen.Ze stoppen het bloeden wanneer je je verwond hebt en begint te bloeden. Dan plakken ze aan elkaar tot een prop, zodat je zo weinig mogelijk bloed verliest.

De bloedplaatjes, witte en rode bloedlichaampjes ontstaan uit stamcellen. Dat zijn speciale cellen in het beenmerg. Omdat al die soorten bloedcellen niet lang leven, maakt het beenmerg voortdurend nieuwe. Een beetje bloed verliezen is dus niet erg. Een volwassen mens heeft 4 tot 6 liter bloed.

Bloedgroepen

Mensen hebben niet allemaal hetzelfde bloed. Er zijn verschillende bloedgroepen. Je erft je bloedgroep van je ouders, net zoals de kleur van je ogen. Het verschil tussen de bloedgroepen zit hem in de zogenaamde antigenen, die wel of niet op de buitenkant van de rode bloedcellen zitten.

Er zijn 8 bloedgroepen:

O+O-
A+A-
B+B-
AB+AB-

De bloedgroepen worden genoemd naar een combinatie van 2 verschillende soorten antigenen.

  • A, B, AB of O
    • A: je hebt antigen A
    • B: je hebt antigen B
    • AB: je hebt antigen A en B
    • O: je hebt geen van beide antigenen
  • Resusfactor + of –
    De resusfactor is een 2de soort antigen. Iedere bloedgroep kan die resusfactor wel of niet hebben: je bent dus ofwel resuspositief (+) of resusnegatief (-). 85 % van de mensen is resuspositief en slechts 15 % resusnegatief.
    Wanneer antigenen een indringer in je lichaam ontdekken, vallen ze die indringer aan en schakelen ze hem uit. Als je bloed zou krijgen van iemand met andere antigenen op zijn rode bloedcellen dan die van jou, dan zou dat ook gebeuren. Dat is erg gevaarlijk. Als je bloed van iemand anders krijgt, moet dat dus passen bij jouw bloedgroep. Maar in de meeste gevallen moet het niet precies dezelfde bloedgroep zijn.