De voorbije jaren heeft je kind zijn melkgebit gekregen. Dit bestaat uit 20 tandjes, waarvan 8 snijtanden, 4 hoektanden en 8 kiezen. Rond de leeftijd van 6 jaar komt er een tandenwissel: melktandjes komen los te staan, vallen dan uit en een nieuwe permanente tand komt in de plaats.
Het wisselen van melkgebit naar het blijvende gebit gebeurt in 2 fases. De eerste fase, vanaf 6 jaar, wordt gekenmerkt door de wissel van de middelste snijtanden onderaan, daarna volgen de snijtanden bovenaan. In deze fase worden enkel snijtanden gewisseld.
Pas vanaf 10 jaar volgt een volgende wisselfase, waarbij de kiezen en hoektanden wisselen.
De tandwissel gebeurt normaal zonder klachten. Het kan echter wel vervelend zijn wanneer een heel erg losse tand er maar niet uit wil. Je kind kan dan proberen om de tand zachtjes te duwen met de tong, vaak gebeurt dit al vanzelf. Je kan ook proberen de tand te laten uitvallen door zachtjes te wrikken of voorzichtig de tand van voor naar achter en terug te bewegen.
Het is en blijft belangrijk om het gebit van je kind jaarlijks of halfjaarlijks te laten controleren door de tandarts. Wanneer je beroep doet op een geconventioneerde tandarts (dit is een tandarts die tariefafspraken met de ziekenfondsen respecteert), dan is gewone tandzorg tot de leeftijd van 18 jaar volledig terugbetaald.