Er zijn oplichters aan het werk die via valse mails en telefoons proberen je gegevens te achterhalen en te misbruiken.
Lees onze tips en laat je niet misleiden door phishing.

“Alsof we ervoor kiezen om dik te zijn”

"Voorlopig verkies ik zelfportretten ‘boven de kin’, daar wil ik ooit vanaf."

In ons land kampt meer dan de helft van de bevolking met overgewicht. Toch is de onderliggende oorzaak vaak complexer dan ‘te veel eten’ en ‘te weinig bewegen’. Karen en Lizette getuigen over hun strijd tegen de kilo’s en vooroordelen. 

Genetische aanleg

“Mijn ouders waren oorlogskinderen. Zij wisten wat het was om honger te lijden. Mijn zus en ik moesten altijd ons bord leegeten”, vertelt Lizette (74 jaar, 98,8 kg en 1,67 m). “Als kind was ik geen dikkerdje, maar ook ‘geen haring’. Pas na mijn 3de zwangerschap ging het de foute kant op. Er bleven steeds meer kilo’s plakken. Terwijl ik niet extra at of snoepte.” Hetzelfde scenario deed zich voor bij haar eigen moeder. “Ook zij werd na haar zwangerschappen op korte termijn zwaarlijvig. Dat overgewicht is iets genetisch.”

Bij Karen (32) ligt het anders. “Toen ik met de pil startte, ben ik 10 kilo bijgekomen. Toen ik er nadien mee stopte, omdat we aan kinderen wilden beginnen, werd ik nog eens 15 kilo zwaarder. Mijn endocrinoloog heeft me onderzocht, omdat ze vermoedde dat er een probleem was met mijn bijnieren. Maar ik bleek kerngezond te zijn. ‘Brute pech’. Daar moest ik het mee stellen.”

Complex totaalplaatje

“Er zijn heel wat risicofactoren voor overgewicht”, pikt An Vandeputte, algemeen coördinator van Kenniscentrum Eetexpert, in. “Genetica en hormonale processen horen daarbij. Maar ook je levensstijl speelt een rol. Het totaalplaatje is complexer dan ‘te veel eten’ en ‘te weinig bewegen’. In welke buurt woon je? Hoeveel uur zit je voor je scherm? Slaap je genoeg uren per nacht? Hoe positief sta je tegenover je lichaam? Hoe druk is je leven? Hoe ga je om met emoties? Ook die dingen beïnvloeden je gewicht.”

Alsof we kiezen om dik te zijn

Naar eten kijken en bijkomen

‘Bijkomen’ wordt vaak getriggerd door uiteenlopende factoren, weet Lizette. “Rond mijn 40ste hield ik op met roken. Ik sta nog altijd achter mijn beslissing, maar ben toen een pak kilo’s bijgekomen.” Hetzelfde gebeurde toen ze op haar 52ste haar baarmoeder en een eierstok liet verwijderen.

“Bovendien stopte ik enkele jaren later met werken en kwam ik in een rustigere levensfase terecht. Ook dát deed mijn gewicht geen deugd. Zelfs toen ik door gezondheidsproblemen definitief stopte met alcohol, betekende dat geen ommekeer. Ken je die mensen die bijkomen, als ze nog maar naar eten kijken? Zo iemand ben ik.”

Karen herkent zich in Lizettes verhaal. “Met mijn zus Lieve volgde ik ooit een begeleid dieet. Wat bleek? Bij haar vlogen de kilo’s eraf, bij mij veranderde bijna niets. Ook bij latere diëten was het hetzelfde verhaal: veel inspanningen, weinig resultaat.”

Gezond eten mag geen last worden

Karen werkt als assistente in een huisartsenpraktijk en is mama van 2 jonge dochters, Emma (4) en Lotte (2). Door haar drukke leven is het niet altijd evident om gezond en op vaste tijdstippen te eten. “Ik heb het geprobeerd hoor, om tijdens het weekend groenten te stomen en in te vriezen. Maar eerlijk? Ik red dat soms gewoon niet.”

“Gezond eten mag geen last worden, maar moet op lange termijn haalbaar blijven”, vindt An. Ook zij kent mensen die niet naar een feestje gaan, omdat er pizza op het menu staat. Of die weigeren om met vrienden op restaurant te gaan na een wandeling, uit schrik er toch iets ‘slechts’ te moeten eten.

“Laat ons werken aan een gezond leefgedrag waarin uitzonderingen ook kunnen. Die focus op calorieën en gewichtsverlies, daar moeten we vanaf. Cijfers wijzen trouwens uit dat wie zich daarop concentreert, meer eetproblemen riskeert en 10 jaar later vaak eindigt met een hogere BMI dan wie dat niet doet.”

Emo-eten

Zowel Lizette als Karen geven toe dat eten hen meer stress bezorgt dan ontspanning. “Ik eet nooit aardappelen en amper brood, tenzij soms een sneetje Fitnessbrood”, vertelt Lizette. “En meer vis dan vlees. Een sporter ben ik niet, maar ik ga bewust te voet naar de supermarkt, om te bewegen.”

Karen start haar dag met havermout of yoghurt met fruit. “’s Middags probeer ik bijvoorbeeld een eitje te eten met groenten en ’s avonds eet ik de ‘gewone kost’ met mijn gezin.” Dat dat niet altijd lukt, geeft ze grif toe. “Soms is het een race tegen de tijd en eten we weleens een bereide lasagne. Of voel ik me minder goed in mijn vel en eet ik meer dan dat ik honger heb.”

Ook An krijgt in het kenniscentrum regelmatig vragen over emo-eten. “‘Voel je je niet goed? Snoep of eet maar wat meer.’ Het zit zwaar ingebakken bij mensen. En dan komen we terug bij dat bredere kader: we moeten leren om anders met onze emoties om te gaan, ze écht verwerken, zonder ze weg te eten.”

De schuld van Twiggy

Of de extra kilo’s ook figuurlijk wegen? “Toch wel”, knikt Karen. “Als ik mijn schoenen aantrek, merk ik dat mijn buik eigenlijk in de weg zit. En ik heb 0,0 conditie. Diep vanbinnen weet ik dat ik iets moet ondernemen, maar in de praktijk is dat voorlopig niet haalbaar. Ik ben deze maand 1 keer gaan lopen, meer niet.”

Bij Lizette weegt vooral het kleren kopen zwaar. “Triest, als je merkt dat je in niets past. Al die winkels met die kleine maatjes ... Allemaal de schuld van Twiggy (Brits supermodel uit de jaren 60)” (lacht).

An bevestigt de negatieve impact van dit schoonheidsideaal: “Wist je dat ons zelfbeeld al negatiever wordt, als we nog maar 3 minuten in een tijdschrift bladeren? Dat ‘maatje meer’ moet dringend minder gestigmatiseerd worden. Vaak leidt het tot gewichtstoename en nog meer ontevredenheid over je lijf.”

Label XL op kledingstuk

    Stoppen met overgewicht te veroordelen

    Noch Lizette noch Karen hebben ooit een modellenmaat nagestreefd, maar tegen een maatje minder zeggen ze geen neen. “Zolang het leefbaar blijft”, vindt Lizette. “Ik rook en drink niet. Ik eet druiven als ik naar tv kijk, maar vraag me niet om die te gaan tellen, hé!”

    Karen beaamt: “Voorlopig verkies ik zelfportretten ‘boven de kin’, daar wil ik ooit vanaf (lacht). Maar tegelijk wil ik geen slaaf zijn van mijn gewicht, daarvoor leef ik te graag.”

    An: “Laat ons niet vergeten waar het echt om gaat: goede gezondheid in de brede zin. We weten dat gezond leefgedrag veel meer impact heeft op iemands gezondheid dan zijn gewicht. Het is absoluut nodig dat we stoppen met overgewicht te veroordelen. We moeten al het nodige doen, opdat Vlamingen met alle maatjes zich goed voelen in hun lichaam. Kortom, samen inzetten op gezond leefgedrag. Daar heeft iedereen uiteindelijk baat bij.”

      Fatshaming

      “‘Fatshaming’ komt vaak voor: (on)bewust worden mensen gestigmatiseerd op basis van hun gewicht”, weet An. “Opmerkingen en soms zelfs beledigingen op school, op straat, op de werkvloer, maar ook in films, magazines en op het web. De impact is enorm. Niet alleen op iemands zelfbeeld, maar ook op de motivatie om gezonder te gaan leven.”

      “Bovendien krijgen mensen met een maatje meer zo onterecht bepaalde eigenschappen toegekend, zoals luiheid of een gebrek aan karakter. We moeten ons bewust worden van die ingebakken vooroordelen én vooral: proberen om kwetsende taal te vermijden. Kortom, de ander zien op basis van zijn groeiproces en zijn complexiteit als mens en niet op basis van zijn uiterlijk.”

      BMI als maatstaf. Ook bij kinderen?

      • 49,3 % van de Belgen heeft vandaag overgewicht (BMI hoger dan of gelijk aan 25) en 15,9 % heeft obesitas (BMI hoger dan of gelijk aan 30). Dat blijkt uit een recent onderzoek van Sciensano, het Belgisch instituut voor gezondheid.
      • Je berekent je BMI (Body Mass Index, de verhouding tussen je gewicht en lengte) als volgt:
        BMI = gewicht (kg)/(lengte (m) x lengte (m))
      • Maar opgelet! Omdat kinderen nog groeien, is er voor hen een speciale tabel ontwikkeld, die rekening houdt met geslacht, leeftijd en gewicht. Meer info daarover vind je op www.gezondleven.be