Weinig zo erg als een kind dat mishandeld wordt. Toch maken meer kinderen dan we voor mogelijk houden het mee. Sterker nog: ze overleven en gaan verder. Al is het vaak met littekens. Steven (36) kampt met de gevolgen van een slechte jeugd, maar wil er zijn leven niet volledig door laten overnemen.
Gedurende zijn jeugd leefde Steven met huiselijk geweld. Een constante angst voor een gewelddadige vader, die zijn moeder sloeg en hem en zijn zus psychologisch mishandelde. Maar hij wil erover praten. Om volgende generaties sterker te maken. En om zijn eigen trauma te verwerken.
Nooit veilig
“Ik heb me vaak alleen gevoeld. Ik kon bij niemand terecht, ook niet bij vrienden. Ik vertel mijn verhaal niet om medelijden te krijgen. Een ‘ocharme’ hoef ik niet. Ik wil inspireren, lotgenoten een duwtje in de rug geven. En praten maakt deel uit van mijn verwerkingsproces. Hoe meer ik het vertel, hoe lichter het wordt”, zegt Steven.
“Het was niet altijd slecht thuis, maar als mijn vader mijn moeder sloeg, was het heftig. Zijn kinderen raakte hij niet aan, maar de emotionele mishandeling was zwaar. Had hij geen werk of verloor hij een job, dan ging hij over de grens. Hij voelde zich gefaald en werkte het uit op ons. Alles stond in functie van hem en zijn emoties.”
“We voelden ons nooit veilig. Mijn vader dronk en werd zeer impulsief en onvoorspelbaar als hij dronken was. Als kind vroeg ik me constant af wat er zou gebeuren. Hoe ver het kon gaan. En of het ooit wel zou stoppen.”
Niemand ziet je
“Op school wist niemand van de situatie thuis. Ik hield school en thuis strikt gescheiden. Vriendjes nam ik bijvoorbeeld nooit meer naar huis. Maar vaak willen mensen het niet zien. Signalen pikken ze zelden op. Ik kreeg meer en meer het gevoel dat niemand me écht zag”, herinnert Steven zich. “Pas tijdens mijn lerarenopleiding vroeg een docent: ‘Steven, wat scheelt er?’. Weet je dat het de 2de persoon ooit was die me die vraag stelde?”
“Het 5de en 6de middelbaar waren zeer moeilijke jaren. Ik vluchtte zelfs naar mijn peter en tante. Ik kon er studeren, wat thuis amper lukte. Verder ondernamen ze eigenlijk niets. Ook de politie kwam verschillende keren langs, maar dat was enkel om de hevige emoties te kalmeren. Ondersteuning hadden we als gezin nooit, van niemand.”
“3 % van de Vlaamse kinderen krijgt te maken met mishandeling. Maar er is nog een veel grotere groep van wie we het niet weten.”
Gouden ticket
Steven focuste zich op zijn middelbaar en hoger diploma. “Mijn diploma was heilig, het was mijn gouden ticket. Zo zou ik thuis weggeraken. Ja, het is een middelvinger naar mijn vader. Het bewijs dat hij mij niet heeft kleingekregen. Mijn ouders nodigde ik niet uit op mijn proclamatie. Ik had mijn diploma alleen gehaald, dus ik heb dat alleen gevierd.”
Maar sporen liet zijn kindertijd onmiskenbaar na. “Toch zocht ik pas op mijn 28ste hulp. Ik merkte dat ik constant in conflict kwam met mensen die boven mij stonden. Ik kan niet om met autoritair gedrag. Dan stel je je vragen: ligt het deels aan mij?”
“Tuurlijk word ik vaak geconfronteerd met de gevolgen. Het besef dat mensen rond mij veel ‘verder’ staan in hun leven is erg moeilijk en frustrerend. Ik moest en moet nog altijd harder werken om er te geraken. Maar ik blijf dat doen. Het is niet gedaan, da’s mijn motto”, vertelt Steven.
Woede vervangen door compassie
In zijn zoektocht naar erkenning vond Steven lotgenotengroep Echo (zie kader). “Ik voelde meteen dat het iets was voor mij. Er wordt gepraat, geweend, maar ook gelachen. Je komt er gelukkig buiten. Echt waar. Want je voelt je verbonden. Het heeft me sterker gemaakt. Het heeft lang geduurd eer ik dit verhaal kon vertellen zonder een traan te laten. Het was een opgave, maar nu lukt het.”
Hoe kijkt Steven naar zijn ouders na zijn slechte jeugd? “Mijn vader zie ik niet meer. Ik heb er geen behoefte aan. Ik voel vooral kwaadheid. Ook ten opzichte van mijn moeder. Maar stilaan probeer ik het om te zetten in compassie”, knikt Steven.
“Dat klinkt misschien raar, maar dat maakt het zachter. Als je woede blijft vasthouden, lijd je daar zelf onder, mentaal én fysiek. Het kost je zoveel energie. Compassie en begrip geven het nodige tegengewicht.”
Echo, een veilige plek voor overlevers van kindermishandeling
Echo is een lotgenotengroep waar overlevers van kindermishandeling samenkomen, hun verhaal delen en (h)erkenning vinden. Anna Defossez, zelf een overlever, richtte Echo op in samenwerking met het Vlaams Expertisecentrum Kindermishandeling (VECK).
“Iedereen die weet, denkt of twijfelt mishandeld te zijn, is welkom. Wekelijks is er een online bijeenkomst en tweewekelijks een live ontmoeting in Antwerpen, onder leiding van een opgeleide ervaringsdeskundige.”
“De grootste kracht van Echo lotgenoten is de herkenning. En de erkenning dat mishandeling sporen nalaat – die niet zomaar verdwijnen – én dat je niet alleen bent. De praatgroep is niet bedoeld als therapeutische begeleiding om te helpen omgaan met een trauma. We hebben geen verwachtingen: we verwachten niet dat lotgenoten bepaalde stappen zetten of een zeker groeiproces doormaken. Je kan en mag er ‘zijn’.
“Het taboe blijft erg groot. Veel mensen denken bij kindermishandeling aan de meest schrijnende situaties. Overlevers durven er vaak niet over te praten, want zelf vinden ze hun ouders niet altijd monsters. En er is schaamte. Je wil niet met de sticker ‘mishandeling’ rondlopen. Je wil niet gezien worden als een slachtoffer, wel als een overlever. Of gewoon gezien worden. Het is belangrijk dat iemand luistert, zonder oordeel. Mensen onderschatten nog te vaak de kracht van luisteren.”
Heb je nood om zelf je verhaal te delen? Neem contact op met Echo.