Maandagavond. Nina Sterckx (18) stormt als een wervelwind de sporthal binnen, net op tijd voor de training gewichtheffen. “Ik train 5 tot 6 keer per week, en 1 training duurt makkelijk 2,5 tot 3 uur”, vertelt ze, terwijl ze haar handen zorgvuldig bedekt met krijtstof.
Het is indrukwekkend hoeveel tijd Nina in de trainingszaal doorbrengt. “Natuurlijk wil ik soms in bed blijven liggen, maar het helpt enorm om voor mezelf een concreet doel te stellen. Daar sta ik graag voor op.”
In 2019, haar laatste jaar als jeugdatleet, vestigde Sterckx een wereldrecord bij de jeugd (U17) en een Europees record bij de U20. Ze dikte dat record toen met liefst 17 kg aan. Vorige week behaalde ze nog de zilveren medaille (in de categorie tot 55 kilogram) op het WK voor junioren. En vandaag heeft ze haar ticket voor Tokio beet waarmee haar olympische droom uitkomt. 3 jaar eerder dan verwacht.
"Ik was eigenlijk turnster, maar toen ik gewichtheffen uitprobeerde, bleek dat ik er supergoed in was."
Aanleg voor gewichtheffen
Achter de ranke verschijning met open blik en brede lach gaat een wereldkampioene gewichtheffen bij de jeugd schuil. Waarom koos Nina als jong meisje al voor deze ongewone sport? Nina: “Ik was eigenlijk turnster, maar toen ik gewichtheffen uitprobeerde, deed ik dat meteen heel graag. Ik bleek er ook supergoed in, dus ging ik er voluit voor.” Trainer en gewezen Europees kampioen Tom Goegebuer: “Het is een sport waarbij niet alleen kracht nodig is, maar ook evenwicht, techniek, explosiviteit en het vermogen om te focussen.”
Ook sportfysioloog prof. dr. Jan Boone van de UGent bevestigt dat de factor aanleg een rol speelt: “Wie snelle spiervezels heeft, kan in korte tijd heel veel kracht leveren. En dat is genetisch bepaald.”
Meisjes sterk
Voel je je als gewichtheffend meisje soms een vreemde eend? “Mensen die de sport niet goed kennen, vragen zich af hoe ik met een ‘normaal lichaam’ zo sterk kan zijn en verwarren het met bodybuilding. Maar op training zijn wij, meisjes, vaak in de meerderheid. En ook op internationale stages en wedstrijden ontmoet ik veel vrouwen die net hetzelfde doen als ik. Het is echt geen mannenwereldje, hoor.”
“Het enige verschil met meisjes is dat jongens vanaf 15 jaar door de hormoonwerking meer spiermassa kunnen maken”, weet prof. Boone. “Daardoor kunnen ze meer gewicht aan. Maar op technisch vlak is de sport voor meisjes en jongens net hetzelfde.”
Gezondheid eerst
Wanneer we Nina die enorme gewichten zien tillen, slaat de schrik ons om het hart. Houdt deze sport geen risico’s in voor rug en gewrichten? “Gewichtheffen is een sport waar weinig blessures voorkomen”, legt trainer Tom Goegebuer uit. “Er zijn maar 2 vaste bewegingen die je heel gecontroleerd uitvoert. Wanneer je natuurlijk zoals Nina op topniveau zit, krijg je wel eens overbelasting of ontstekingen omdat je zo intensief traint.”
“Vooral op jonge leeftijd moet je goed opletten met de eenzijdige belasting van gewichtheffen. Maar vanaf je 12 à 13 jaar, heb je de perfecte leeftijd om spiermassa op te bouwen.” prof. Jan Boone
Nina: “Net als andere topsporters moet ik superfit op wedstrijden verschijnen. Om niet ziek te worden, eet ik gezond en gevarieerd, slaap ik voldoende en let ik op eiwitinname om mijn spieren extra te voeden.”
Hoog mikken
Je agenda zit elke dag propvol en er rust heel veel druk op je schouders. Hoe blijf je mentaal in evenwicht? Nina: “Ik doe regelmatig mijn verhaal bij een psycholoog. Het helpt me om alles eens kwijt te kunnen aan iemand die er helemaal buiten staat.” Alsof haar sportieve prestaties nog niet genoeg zijn, rondde Nina in 2019 – een jaar eerder dan haar leeftijdsgenoten – haar middelbare studies af, en startte ze vervolgens deeltijds in de richting burgerlijk ingenieur aan de UGent. Al staan haar studies nu even on hold om zich op de spelen te kunnen focussen. Hoe speel je dat allemaal klaar? “Ik heb de mentaliteit om hoog te mikken. Lukt het niet, dan heb ik achteraf ook geen spijt dat ik het nooit probeerde.”
Nina’s supertips
- Eet gevarieerd en gezond.
- Slaap voldoende.
- Stel jezelf heel concrete doelen.
- Doe wat je graag doet én waar je goed in bent.
- Blijf niet met je verhaal zitten, praat erover.
- Twijfel? Vermijd spijt en probeer het gewoon.
fotografie © Raisa Vandamme