Er zijn oplichters aan het werk die via valse mails en telefoons proberen je gegevens te achterhalen en te misbruiken.
Lees onze tips en laat je niet misleiden door phishing.

Eetstoornissen bij jongeren: tips voor ouders

"Heb geduld: een kind met een eetstoornis dwingen, heeft het omgekeerde effect"

Het valt op: eetstoornissen bij jongeren komen uitzonderlijk meer voor sinds de coronacrisis. Wat is een eetstoornis? Hoe reageer je als ouder? En wat kan je doen als je merkt dat je kind ermee kampt? Psychologe An Vandeputte van Eetexpert (kenniscentrum voor eet- en gewichtsproblemen) legt uit en geeft tips.

De coronapandemie weegt zwaar. Sommige jongeren kunnen er beter mee om dan andere. Wie het voorheen al moeilijk(er) had, heeft het nu extra lastig. Sommigen zagen hun eetprobleem erger worden. Anderen ontwikkelden een eetstoornis mede door de uitdagingen die de coronacrisis met zich meebrengt.

Wat is een eetstoornis?

Bij de term eetstoornis denken mensen vaak aan anorexia nervosa. Maar het is meer dan dat, weet An Vandeputte. Anorexia is eigenlijk zelfs de kleinste groep van eetstoornissen.”

Een van onze 1ste coping strategieën is … eten

Wat zijn eetstoornissen en gewichtsproblemen juist? “Heel wat kinderen vertonen ooit wel haperend eetgedrag: geen enkel kind wordt groot zonder. Dat is niets om ongerust over te zijn. Schommelingen in de hoeveelheid die een kind of jongere eet passen perfect in de normale ontwikkeling.”

Als die haperingen ernstiger zijn of langer duren, dan spreken we van een voedingsprobleem (kinderen onder de 6 jaar)of eetprobleem (oudere kinderen). Maar dat heeft nog geen impact op andere levensdomeinen. Het is enkel het eten dat even moeilijk gaat. Een klassiek voedingsprobleem bij jonge kinderen is selectief of kieskeurig eten (“ik lust dat niet”). Voorbeelden van een eetprobleem zijn te veel eten, te weinig eten en eetbuien.”

“Daarnaast kan je ook een gewichtsprobleem hebben: dan is het gewicht (even) problematisch. Het ligt te laag, te hoog of er zitten opvallende knikken in de gewichtscurve. Pas op, ook een gewicht dat mooi binnen de grenzen van het normale ligt, kan samengaan met een eetprobleem. Het is niet omdat er geen gewichtsprobleem is, dat er per definitie geen eetprobleem is.”

Wanneer spreken we dan van een eetstoornis? “Als een eetprobleem een duidelijke invloed heeft op andere domeinen in het leven van het kind. Het sociale leven bijvoorbeeld: afspraakjes worden uitgesteld door het eten. Of het lichaamsbeeld en de lichaamsbeleving komen onder druk te staan.”

“Vaak gaat het over een combinatie van emotieregulatie (op een juiste manier omgaan met emoties), lichaamsbeweging en problematischeetgedrag. Eventueel ook met gewichtsproblemen.”

Welke eetstoornissen bestaan er?

“Bij een eetstoornis staat altijd 1 ding centraal: verstoord eetgedrag. Maar dat is géén gevolg van een lichamelijke ziekte of een psychose. Daarnaast zijn er verschillende andere kenmerken, zoals een verstoord lichaamsbeeld, psychosociale problemen, lichamelijke problemen …”, weet An.

In feite bekijk je alle eetstoornissen het best als een samenhangend geheel. We spreken daarom van een spectrum van eetstoornissen.”

Vanwaar de toename van eetstoornissen tijdens de coronacrisis?

“Door corona leven we in een zeer rare, abnormale wereld. Een wereld die angst geeft, oncontroleerbaarheid, onvoorspelbaarheid en eenzaamheid. Ieder van ons moet een manier zoeken om met zo’n ‘ambetante’ gevoelens om te gaan. We zoeken allemaal een ‘coping strategie’, zoals dat heet.”

“Maar als er zoveel en zulke heftige emoties tegelijk op je afkomen, dan is het moeilijker om er op een juiste manier mee om te gaan. Dan grijpen mensen snel naar een strategie die automatisch is en die ze al lang kennen. Wel, een van onze 1ste coping strategieën is … eten. Vandaar dat veel kinderen en jongeren nu emotioneel veel meer of net veel minder eten.”

Besef dat je net dat ene houvastje wil wegnemen dat je kind vond in een bange tijd

Moet je als ouder extra waakzaam zijn voor eetstoornissen?

“Waakzaamheid is goed, maar dat wil niet zeggen dat je enkel nog moet focussen op het eten. Waakzaam zijn is: betrokken blijven bij je kind. Hoe gaat het met je kind? Lukt het wel met die eenzaamheid? Die onvoorspelbare en oncontroleerbare wereld waarin we zitten, is dat niet te lastig? Hoe gaat het kind om met alle spanning?”, benadrukt An.

Een eetprobleem is een signaal. Net zoals een slaapprobleem, lusteloosheid, bedplassen … Als je ziet dat het moeilijker gaat met het eten, probeer dan contact te maken en in het leven van de jongere te stappen. Als een strenge politieagent of waakhond controleren wat je kind wel of niet eet, dat loopt fout. Ga in dialoog en probeer je kind te helpen om contact te leggen. Help hem of haar om lief te blijven voor zichzelf en die oncontroleerbaarheid op een andere manier aan te pakken.”

Do’s en don’ts: wat doe je wel en wat zeker niet?

“Uiteraard wil elke ouder zijn kind helpen. Maar weet: dwingen heeft het omgekeerde effect. Focus op het positieve gedrag. Begin met te zeggen wat je ziet dat goed gaat. Dan pas begin je over wat je zorgen baart. Ook al heeft je kind een probleem, het is nog voor 80 % gezond bezig. Probeer die krachtige kant in te zetten en de jongere zelf de stap te laten zetten naar hulp.

“Wat kan je als ouder zelf doen? Geduldig zijn. Als iemand 1 keer hoort dat je ongerust bent, is dat niet meteen de aanleiding om te zeggen ‘ja, ik wil hulp’. Besef ook dat je net dat ene houvastje wil wegnemen dat je kind gevonden heeft in een bange tijd. Met eten bezig zijn. Probeer begrip te hebben, in dialoog te blijven en aan te geven wat goed gaat.”

“Kortom: kijk niet alleen naar het eetprobleem van een jongere. Kijk ook naar de gezonde kant. Maar blijf ook duidelijk over het stuk waarover je je zorgen maakt”, zegt An. “Ik begrijp dat ouders die zich onmachtig voelen graag snel een plan van aanpak én een einddatum willen zien. Maar eens een kind in behandeling is, zie je de groeistappen en merk je dat het vooruitgaat.”

“Blijf als ouder in je rol van zorg- en steunfiguur. Je hoeft geen hulpverlener te zijn”

Waar kan je als ouder terecht voor hulp?

Merk je dat het eet- of gewichtsprobleem van je kind duidelijk de andere domeinen van het leven beïnvloedt, dan gaat het mogelijk om een eetstoornis. En dan schakel je het best hulp in.

“Doe dat wel op het moment dat het bespreekbaar is – en dat is niet in het begin! – kan je zeggen ‘zou het niet goed zijn dat we hulp inschakelen?’. En dan is het belangrijk om je kind te betrekken in het beslissingsproces. Laat een tiener bijvoorbeeld zelf mailen naar een hulpverlener. Zelf de keuze maken of zelfs een gesprek inplannen, om te zien of het de juiste persoon is om te helpen. Dat versterkt de motivatie en heeft meer effect dan te pushen om naar iemand toe te gaan.”

“Vind je het moeilijk om er zelf aan te beginnen? Vraag gerust de hulp van je huisarts om een inschatting te maken. Een 2de mogelijkheid is de arts van het CLB (Centrum voor leerlingenbegeleiding). Dat is niet alleen een groei-expert, maar vaak ook iemand die je kind al wat kent.”

3 tips om te praten met je kind over eten en gewicht

1. Focus niet op gewicht, wel op een gezonde leefstijl 

  • Laat je zelfbeeld niet afhangen van je gewicht. Geef zo het goede voorbeeld aan je kind.
  • Verspreid geen negatieve boodschappen over overgewicht (bijvoorbeeld: ‘wie te veel weegt, heeft geen zelfcontrole’).
  • Geef informatie over een evenwichtige voeding, volgens de voedings- en bewegingsdriehoek (die je vindt op www.gezondleven.be).
  • Leer je kind dat je eetpatroon belangrijk is. Een regelmatig eetpatroon bestaat uit 3 hoofdmaaltijden en 2 tot 3 tussendoortjes per dag.
  • Controleer je kind niet te sterk op wat het eet. ‘Verboden’ voedsel wordt net aantrekkelijker.
  • Check niet altijd hoeveel je kind eet (zowel bij ‘veel’ als bij ‘weinig’ eten).Vertrouw op zijn honger- en verzadigingsgevoel.

2. Vermijd taal die ‘anti-vet’ is

  • Vermijd zwart-wit uitspraken, zoals ‘je moet … en je mag niet …’ en taal die gericht is op uiterlijke verschijningsvormen, zoals ‘dun’ en ‘dik’.
  • Vermijd taal die impliciet of expliciet anti-vetboodschappengeeft, zoals ‘vet is slecht’ en ‘wie te veel weegt, is ongezond’.
  • Geef de voorkeur aan positieve boodschappen om een positief lichaamsbeeld te bevorderen, en om realistische en gezonde fysieke doelen te stellen. Vraag bijvoorbeeld: ‘Wat heeft je lichaam nodig, zodat je energie hebt om dingen te doen die je graag doet?’, ‘Hoeveel beweging heb jij nodig om je goed in je vel te voelen?’. En zeg bijvoorbeeld niet: ‘Je zou meer moeten sporten, want je bent een beetje te dik’.

3. Zet eetstoornissen niet in de schijnwerper

Extra tips om een gezond zelfbeeld te stimuleren

1. Bevorder het kritisch denken 

  • Wijs jongeren op de taal entechnieken die de media gebruiken, zoals beelden bewerken zodat ze overeenstemmen met het slankheidsideaal.
  • Houd jezelf als ouder en wat je zegt onder de loep: probeer je zelf aan het ideaal te voldoen? Geef je kritiek op mensen die bijkomen of zwaarder zijn?
  • Stimuleer kritisch denken over sociale media: moet je bijvoorbeeld jezelf altijd positief, perfect en gelukkig tonen?

2. Bevorder een positief lichaamsbeeld en een goed gevoel

  • Zorg dat kinderen en jongeren zich goed voelen in hun omgeving.
  • Stimuleer hobby’s en interesses.
  • Geef je kind een compliment over de manier waarop het iets heeft aangepakt en over de inzet, en niet over het resultaat.
  • Durf fouten te maken. Toon aan je kind dat je hieruit kan leren.