Er zijn oplichters aan het werk die via valse mails en telefoons proberen je gegevens te achterhalen en te misbruiken.
Lees onze tips en laat je niet misleiden door phishing.

Nierfalen

Nierfalen of nierinsufficiëntie betekent dat je nieren niet goed meer werken. Dit kan plots ontstaan, maar meestal gaat het om een trage achteruitgang.

Oorzaak nierfalen

​Er zijn veel verschillende mogelijke oorzaken voor chronisch nierfalen. De belangrijkste zijn:

Soorten nierfalen

Er bestaan 2 vormen van nierfalen.

Acuut nierfalen of nierblokkage

Chronisch nierfalen

Je nieren laten het plots helemaal afweten. Zo’n plots nierfalen ontwikkelt zich in de loop van uren tot dagen. De oorzaak is meestal een bloedvergiftiging door bacteriën. Maar het kan ook ontstaan door inname van chemische stoffen, zoals bepaalde geneesmiddelen, vergif of zelfs door de beet van een gifslang. Dit is een levensbedreigend probleem, dat snel behandeld moet worden in een ziekenhuis.

Dit is een sluipende aantasting. De nierfunctie gaat heel traag en onmerkbaar achteruit, soms in de loop van enkele weken, maar meestal in de loop van enkele tientallen jaren. Je begint het pas te voelen als er maar weinig van je nierfunctie overblijft. Dat komt omdat de nieren een heel grote reservecapaciteit hebben. Daardoor kan je bijvoorbeeld probleemloos leven met 1 gezonde nier.

Met de juiste behandeling herstellen de nieren zich meestal helemaal en functioneren ze na enkele weken weer normaal, maar soms is er blijvende nierschade.

De nieren herstellen zichzelf niet. Integendeel, ze gaan steeds verder achteruit, tot alleen nog nierdialyse of een niertransplantatie je leven kan redden. Je kan het proces van nierfalen wel afremmen.

Fasen bij nierfalen

Nierfalen wordt ingedeeld in fasen volgens de ernst, van 1 tot 5.

Fase 1

Fase 2

Fase 3

Fase 4

Fase 5

Heel lichte ontregeling van je nieren.

Lichte ontregeling van je nieren.

Je hebt nog  1/2de tot 1/4de over van je normale nierfunctie.

Je hebt nog 1/4de tot 1/8ste over.

Je nieren werken niet meer. Om te blijven leven, heb je nierdialyse of een transplantatie nodig. 

Symptomen nierfalen

​Van chronisch nierfalen voel je lange tijd weinig tot niets. Als je toch iets merkt, dan is het meestal een hoge bloeddruk. Pas als je nieren het overgrote deel van hun functie verloren hebben, krijg je last van klachten. Dit zijn de belangrijkste:

  • vermoeidheid en slaperigheid
  • droge huid en jeuk
  • minder eetlust, misselijkheid
  • onverklaarbaar gewichtsverlies
  • spierzwakte
  • tintelingen in handen en voeten 

Deze symptomen kunnen veel andere oorzaken hebben en wijzen dus niet alleen in de richting van nierfalen.

Diagnose nierfalen

​Hoe sneller je nierfalen opspoort, hoe beter. Die snelle opsporing is net het grote probleem. Omdat de achteruitgang zo sluipend verloopt en je lang geen typische klachten hebt, gaat niemand uit zichzelf naar de dokter om zich op nierfalen te laten onderzoeken. Heb je een verhoogd risico, dan laat je de toestand van je nieren beter eens controleren:

  • Je hebt diabetes, een hoge bloeddruk of een aandoening van hart- en bloedvaten.
  • Als je vaak geneesmiddelen moet nemen of genomen hebt die slecht zijn voor de nieren, zoals pijnstillers of ontstekingsremmers. 
  • Je bent al een dagje ouder.
  • Je cholesterol is te hoog.
  • Nierziekten zitten in de familie.
  • Je rookt.
  • Je bent zwaarlijvig.

Alleen wie door zijn of haar beroep in contact komt met chemische stoffen die slecht zijn voor de nieren, wordt door de arbeidsgeneeskundige dienst gescreend.

Onderzoeken

  • Een eenvoudig bloedonderzoek is voldoende. Het meet de hoeveelheid creatinine, een afvalstof die uit de spieren komt. Hoe slechter je nieren functioneren, hoe meer creatinine blijft er in je bloed zitten.
  • In de urine kan eiwit opgespoord worden. Goedwerkende nieren laten geen eiwitten uit het bloed in de urine terechtkomen. Gebeurt dat toch, dan is er iets mis met je nieren.

Nierfalen voorkomen

Een gezonde levensstijl is de beste manier om nierfalen te voorkomen. Heb je al nierschade, dan kan een gezonde levensstijl de verdere achteruitgang afremmen.   

  • Beweeg genoeg.
  • Eet gevarieerd, en vooral niet te veel dierlijke eiwitten. Dus minder vlees, eieren en zuivel. Vis is beter dan vlees, maar ook daar moet je niet mee overdrijven. Plantaardige eiwitten zoals soja en granen zijn een goed alternatief. Eet genoeg vezels, verse groenten en vers fruit.
  • Hou je gewicht onder controle.
  • Rook niet.
  • Hou je bloeddruk en suikerspiegel goed geregeld.